zaterdag, september 28, 2019

CHAPTER: "Permanent Neutrality or Permanent Insecurity? Obligation and Self-Interest in the Defence of Belgian Neutrality, 1830–1870" (in: Inge VAN HULLE & Randall LESAFFER (eds.), International Law in the Long Nineteenth Century (1776-1914). From the Public Law of Europe to Global International Law ? [Legal History Library, 28; Studies in the History of International Law, 11] (Leiden/Boston: Martinus Nijhoff/Brill, 2019), pp. 159-185, ISBN 9789004391147

(image source: Brill)

Abstract:
The permanent or compulsory nature of Belgian neutrality, from the country’s inception (1830–1839) to the Franco-Prussian war (1870) is has generally been left to political or diplomatic historians. The guarantors of Belgian independence had made their enduring support conditional on the respect of the obligations of neutrality. Legal historians should consider that political and diplomatic exchanges were steeped in international law-discourse. In early modern doctrine, a state’s decision to remain neutral during a conflict between third states could be reversed when necessary. The permanent nature of these restrictions meant the latter had become impossible. The Belgian government pleaded for a restrictive reading of limitations to its sovereignty. Rights and obligations were presented as mutually dependent. This played out favourably during the ‘War of the Triple Alliance’ (1864–1870), exports to Brazil could go on, even if its opponent, Paraguay suffered a blockade. Franco-British pressure forced the Belgian government to downplay its ambitions in 1854, during the Crimean War. Even if arms were supplied to all parties in the conflict. When guarantors were involved in a conflict, neutrality became a nearly prohibitive burden. British sympathy for the Belgian liberal constitutional system could not override basic geopolitical interests and French pressure.
Read more on the Brill website (DOI 10.1163/9789004412088_009).

vrijdag, september 27, 2019

COMMENTAAR: Afscheid van een stijlvolle politieke killer (De Morgen, 27 SEP 2019)

(bron afbeelding: Wikimedia Commons)

Eerste paragraaf:
Jacques Chirac vult bijna een halve eeuw Franse politieke geschiedenis. Zijn daden en woorden hebben de Vijfde Republiek mee vormgegeven, al was het maar omwille van het tekenende "Un chef, ça sert à cheffer!"
Deze opportunistische pragmaticus was ideologisch even ongrijpbaar als de gaullistische doctrine zelf.
Lees meer bij De Morgen.

woensdag, september 25, 2019

BOEKBESPREKING: Pierre SERNA, L'extrême centre, ou le poison français 1789-2019 (Samenleving & Politiek XXVI (2019), nr. 7 (september), 63-65

(bron afbeelding: Champ Vallon)

Vorige week verscheen mijn bespreking van Pierre Serna's L'extrême centre, ou le poison français (Champ Vallon) in Samenleving & Politiek (september-nummer).

De tekst kan op de website van SamPol worden geraadpleegd (zie hier).

CHAPTER: “Hobbes en het klassieke vroegmoderne volkenrecht: Haat en liefde ?”, in: Andreas KINNEGING, Maarten COLETTE & Paul DE HERT (eds.), Thomas Hobbes. De ik-gerichtheid van de politieke filosofie (Eindhoven: Damon, 2019), pp. 232-256. ISBN 9789463402521.

(bron afbeelding: Damon)

De jaarlijkse symposiumreeks deDebatten (VUB/Leiden) behandelde in 2018 Thomas Hobbes. Het bijhorende volume verscheen deze week bij uitgeverij Damon, met een hoofdstuk van uw dienaar over "Hobbes en het vroegmoderne volkenrecht: haat en liefde ?" (pp. 232-256).

Meer informatie bij de uitgever.